Gemeenteprofiel Best

Over de monitor

Met de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2024 is de gezondheid, het welzijn, de leefstijl en leefomgeving van inwoners van 18 jaar en ouder in Nederland in kaart gebracht. Kijk voor meer informatie over de dataverzameling en de weging bij achtergrondinformatie.

Dit rapport geeft een overzicht van de gezondheid van de inwoners van de gemeente Best van 18 jaar en ouder. Resultaten van de gemeente Best worden vergeleken met de landelijke cijfers. Verschillen over de tijd (in jaren), tussen groepen en gebieden worden aangemerkt als ‘verschil’ als de tijd, groepen en gebieden statistisch significant van elkaar verschillen. Verschillen in achtergrondkenmerken zoals gender, leeftijd en opleiding zijn op GGD-regio niveau weergegeven.

Verschillen over de tijd (in jaren), tussen groepen en gebieden worden aangemerkt als ‘verschil’ als de tijd, groepen en gebieden statistisch significant van elkaar verschillen.

In heel Nederland deden bijna 450.000 mensen mee, een respons van 30%. In GGD-regio Brabant-Zuidoost hebben 22645 inwoners de vragenlijst ingevuld, waarvan 777 in de gemeente Best. De respons in de gemeente Best was 35%. Een volledig overzicht van de resultaten is terug te vinden op Brabantscan.nl en op GGD Kompas.

Kernboodschappen

Brabanders scoren op het gebied van roken, alcohol drinken en bewegen minder goed dan de gemiddelde Nederlander. De eerder ingezette daling in middelengebruik lijkt te stagneren. De doelen uit het Nationaal Preventieakkoord raken verder uit zicht.

 

Vooral jongvolwassenen, die relatief gezien het vaakst roken, drinken en drugs gebruiken, laten een ongunstig beeld zien. Minder dan de helft van de inwoners voldoet aan de beweegrichtlijnen en overgewicht blijft onverminderd hoog.

 

Met een gezonde leefstijl voelen mensen zich fitter en worden ze minder snel ziek. Ze blijven langer in contact met anderen en doen mee in de samenleving. Niet roken, weinig alcohol drinken en voldoende bewegen zijn belangrijke pijlers hierin. Om de doelen van het Nationaal Preventieakkoord te halen, is het belangrijk om (nog) meer te investeren in deze thema’s.

Ruim de helft van de 18-plussers maakt zich zorgen over of zij in de toekomst de zorg kunnen krijgen die ze nodig hebben. Deze zorgen nemen toe naarmate men ouder wordt.

 

De dubbele vergrijzing, waarbij er meer ouderen komen en de ouderen steeds ouder worden, zorgt voor toenemende druk op zowel de formele als informele zorg (o.a. mantelzorg). Dit geeft inwoners zorgen over de toekomst. Positief is dat een groot deel van de inwoners deze hulp binnen zijn netwerk beschikbaar heeft en dat het percentage inwoners dat het erg moeilijk vindt om hulp te vragen bij problemen met de gezondheid is gedaald. Iets meer dan de helft van de inwoners vraagt eerst hulp aan zijn omgeving voordat zij professionele hulp inschakelen.

 

Om de toenemende druk op de zorg aan te kunnen, zijn hier nog belangrijke stappen te nemen, onder andere met Het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) en het Integraal Zorg Akkoord (IZA) en de opvolger het Aanvullend Zorg en Welzijnsakkoord (AZWA-in ontwikkeling). Nú investeren in gezond ouder worden en communicatie over wat je hierin zelf kan doen is essentieel.

De mentale gezondheid lijkt niet verder achteruit te gaan, maar blijft een groot aandachtspunt.

 

Vooral bij jongvolwassenen, oudere inwoners en vrouwen staat de mentale gezondheid onder druk. De algehele ervaren gezondheid van de Brabander is wél verbeterd sinds 2022, en weer op gelijke hoogte met 2016.

 

Het is belangrijk om in te blijven zetten op preventie en vroegsignalering van psychische klachten, vooral in de risicogroepen. Dit vraagt om een benadering vanuit meerdere invalshoeken en de inzet van verschillende partners in onze regio. De afspraken in het IZA, GALA en het actienetwerk suïcidepreventie bieden hiervoor aanknopingspunten.

Steeds meer mantelzorgers zijn zwaar belast. Vooral de zogenaamde ‘sandwichgeneratie’ (volwassenen die zorg dragen voor hun kinderen én ouders) vormt hierbij een risicogroep.

 

Hoewel het percentage mantelzorgers in onze GGD-regio ongeveer gelijk is gebleven en niet afwijkt van Nederland is dit daarom toch een belangrijke groep om in de gaten te houden.

 

Er zal de komende jaren meer behoefte zijn aan mantelzorgers, terwijl de beschikbaarheid van mantelzorg extra onder druk staat. Gemeenten doen er goed aan om mantelzorgers actief te ondersteunen. Door overbelasting tijdig te signaleren en maatwerk te bieden, blijven mantelzorgers duurzaam inzetbaar.

Mensen zonder startkwalificatieMensen zonder startkwalificatie: alleen basisonderwijs of een vmbo-diploma, met een lager inkomen, die moeite hebben met rondkomen en/of met een herkomst buiten Nederland scoren op (bijna) alle gezondheidsthema’s minder goed dan andere inwoners.

 

Ook jongvolwassenen komen minder goed uit de cijfers dan oudere inwoners: jongvolwassenen zijn vaker rokers, drinkers, gebruiken vaker drugs, hebben een hoger risico op angststoornis of depressie, ervaren vaker stress en hebben vaker moeite met rondkomen.

 

Het advies van de Brabantse GGD’en is daarom ook om specifieker in te zetten op deze groepen. De Gezondheidsmonitor levert voldoende data om verschillen te signaleren. Gemeenten kunnen deze cijfers goed gebruiken bij de doorontwikkeling van de beweging die met GALA en IZA is ingezet, en de vertaling van de landelijke ontwikkelingen zoals AZWA (aanvullend Zorg en Welzijns Akkoord) en het HLO (hoofdlijnen Akkoord Ouderenzorg) naar regionaal en lokaal beleid. De GGD ondersteunt graag bij dit soort vraag- en adviesstukken. Want gezond zijn gunnen we iedereen.

Let op

Eventuele gevolgen naar aanleiding van de val van het kabinet (03-06-2025) zijn hier nog niet in meegenomen.

Gezondheid en ziekte

Ervaren gezondheid

Gezondheid is meer dan de afwezigheid van lichamelijke en mentale klachten. Iedereen geeft zijn eigen betekenis aan gezondheid en mensen kunnen zelf het beste aangeven hoe zij hun eigen gezondheid ervaren. De gezondheidsbeleving is daarom een belangrijke maat om de algemene gezondheid te meten onder de bevolking.

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat de eigen gezondheid als (zeer) goed ervaart is vergelijkbaar met dat in heel Nederland.

Na wat fluctuaties in de covid-periode is het percentage volwassenen dat de eigen gezondheid als (zeer) goed ervaart in de gemeente Best gelijk gebleven sinds 2016.

Ervaart gezondheid als (zeer) goed: trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2022 2024
Best 73% 80% 71% 74%
GGD Brabant-Zuidoost 74% 79% 69% 75%

In de regio GGD Brabant-Zuidoost ervaren volwassenen jonger dan 40 jaar en inwoners met startkwalificatieinwoners met startkwalificatie: een mbo-, havo-, vwo-, hbo- of wo-diploma hun gezondheid het vaakst als (zeer) goed.

Ervaart eigen gezondheid als (zeer) goed: uitgesplitst naar gender, opleiding & leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 78%
Gender Vrouw 71%
Opleiding Geen/Lager onderwijs/ mavo/lbo 60%
Opleiding Mbo/havo/vwo/ hbo/wo 79%
Leeftijd 18 t/m 24 jaar 84%
Leeftijd 25 t/m 39 jaar 84%
Leeftijd 40 t/m 54 jaar 76%
Leeftijd 55 t/m 64 jaar 71%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 67%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 60%
Leeftijd 85+ jaar 48%

Langdurige ziekten en aandoeningen

Op latere leeftijd krijgen mensen vaker te maken met langdurige ziekten of aandoeningen. Een ziekte of aandoening wordt als langdurig gezien als deze 6 maanden of langer duurt. Denk hierbij aan hart- en vaatziekten, diabetes, kanker en artrose. Met de toenemende vergrijzing neemt ook het aantal mensen met een langdurige ziekte of aandoening toe. De oorzaken hiervan zijn vaak te beïnvloeden met een gezonde leefstijl, aandacht voor achterliggende oorzaken én een gezonde leefomgeving. Voorkomen van ziekten en aandoeningen is van belang voor een goede kwaliteit van leven en het verminderen van zorggebruik.

 

Heeft minimaal 6 maanden een langdurige ziekte(n) of aandoening(en), gemeente: 33%, ggd-regio: 33%, landelijk: 34%. 33% Gemeente 33% GGD-regio 34% Landelijk Heeft minimaal 6 maanden een langdurige ziekte(n) of aandoening(en)

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best met een langdurige ziekte of aandoening is vergelijkbaar met dat in heel Nederland.

In de gemeente Best is dit aandeel gelijk gebleven sinds 2016.

Voor het dagelijks functioneren is het belangrijk om te kijken naar het aandeel mensen dat beperkt is in het dagelijks leven door de gezondheid, ongeacht of iemand een langdurige ziekte of aandoening heeft.

 

(Ernstig) beperkt in het dagelijks leven vanwege problemen met de eigen gezondheid, gemeente: 28%, ggd-regio: 28%, landelijk: 30%. 28% Gemeente 28% GGD-regio 30% Landelijk (Ernstig) beperkt in het dagelijks levenvanwege problemen met de eigen gezondheid

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat (ernstig) beperkt is in het dagelijks leven vanwege problemen met de eigen gezondheid is vergelijkbaar met dat in heel Nederland.

Post-covid

Post-covid of long covid refereert aan langdurige klachten na besmetting met het coronavirus. Als deze klachten minimaal drie maanden aanhouden, dan is er sprake van post-covid. De klachten die mensen rapporteren zijn heel divers en gaan vaak gepaard met vermoeidheid en concentratie- en geheugenproblemen (Rijksoverheid).

 

Minimaal 3 maanden klachten na besmetting met coronavirus , gemeente: 3%, ggd-regio: 4%, landelijk: 4%. 3% Gemeente 4% GGD-regio 4% Landelijk Minimaal 3 maanden klachten na besmetting met coronavirus

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat langer dan drie maanden last heeft van klachten die (mogelijk) door het coronavirus zijn veroorzaakt, is vergelijkbaar met dat in heel Nederland.

 

2% van de inwoners in de gemeente Best is (ernstig) beperkt in het dagelijks leven vanwege (mogelijke) post-covid. Bij 0,4% van de mensen heeft een arts vastgesteld dat er sprake is van post-covid.

De gezondheid van onze inwoners is een belangrijk speerpunt binnen het gemeentelijk beleid. Een groeiend aantal mensen leeft met één of meerdere chronische aandoeningen. Binnen deze context is het belangrijk om niet alleen naar de afwezigheid van ziekte te kijken, maar juist ook naar ervaren gezondheid en de bredere dimensies van positieve gezondheid. De aanpak Gezonde Gemeente biedt hierbij een integraal beleidskader om gezondheid te bevorderen en gezondheidsverschillen te verkleinen.

Functioneren en zelfredzaamheid

Algemeen functioneren

Onder algemeen functioneren verstaan we onder andere het vermogen om dagelijkse activiteiten uit te voeren. In beleid zetten we daarom in op het versterken van de mogelijkheden van mensen om hun eigen leven vorm te geven, waardoor zelfredzaamheid vergroot wordt. In de gemeente Best geeft 13% van de inwoners aan vanwege de gezondheid niet de dingen te doen die men zou willen doen. Ouderen moeten vaker dingen laten vanwege de gezondheid dan volwassenen.

Top 3 van activiteiten in de gemeente Best die ouderen niet zelfstandig kunnen uitvoeren:

  1. zwaar huishoudelijk werk doen (15%)
  2. kleren wassen en strijken (15%)
  3. bedden verschonen of opmaken (13%)

Beperkingen

Inwoners van 65 jaar en ouder ervaren vaker problemen bij horen, zien en bewegen, en kunnen daarom vaak minder goed meedoen in de maatschappij.

 

Ervaart minimaal één beperking bij horen, zien of bewegen (65+), gemeente: 23%, ggd-regio: 23%, landelijk: 23%. 23% Gemeente 23% GGD-regio 23% Landelijk Ervaart minimaal één beperking bij horen, zien of bewegen (65+)

 

Het percentage 65-plussers in de gemeente Best dat minimaal één beperking ervaart bij het horen, zien of bewegen is vergelijkbaar met dat in heel Nederland en vergelijkbaar met dat in 2016.

Van de 65-plussers in de gemeente Best die ten minste één beperking ervaren, heeft:

17% een beperking in bewegen

6% een beperking in horen

8% een beperking in zien

De gemeente heeft een belangrijke taak in het bevorderen van de zelfredzaamheid van inwoners, om zo een inclusieve samenleving te zijn waarin iedereen mee kan doen. Movisie stelt in zijn publicatie de volgende aanbevelingen voor voor gemeenten en organisaties:

  • Vergroten van ruimte voor eigen regievoering
  • Ontmoetingsplekken creëren
  • Waarderen wat mensen zelf al doen

Zorg en hulp

De Nederlandse zorg staat voor grote uitdagingen, zoals stijgende zorgkosten, een groeiende zorgvraag en personeelstekorten. Het Integraal Zorgakkoord (IZA) speelt een cruciale rol in het waarborgen van toegankelijke en betaalbare zorg, nu en in de toekomst. Een van de belangrijkste pijlers van het IZA is het versterken van de samenwerking tussen zorgverleners, gemeenten en zorgverzekeraars. Door regionaal maatwerk te leveren en zorg slimmer te organiseren, kan onnodige zorg worden voorkomen en kunnen patiënten dichter bij huis geholpen worden. Digitalisering en innovatie, zoals e-health en preventieve zorg, krijgen hierin een prominente plaats.

Hulp (vragen)

13% van de 18-plussers in de gemeente Best krijgt momenteel hulp vanwege de gezondheid. Dit percentage is gelijk gebleven ten opzichte van 2020. Het percentage inwoners met hulp neemt toe naarmate men ouder wordt. Door de dubbele vergrijzing neemt het aantal inwoners dat hulpbehoevend is flink toe de komende jaren, ook al blijft het percentage gelijk. Vrouwen, inwoners van 75 jaar en ouder, en inwoners zonder startkwalificatieinwoners zonder startkwalificatie: alleen basisonderwijs of een vmbo-diploma ontvangen relatief vaker hulp vanwege de gezondheid.

Krijgt momenteel hulp vanwege gezondheid: uitgesplitst naar gender, opleiding & leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 9%
Gender Vrouw 17%
Opleiding Geen/Lager onderwijs/ mavo/lbo 24%
Opleiding Mbo/havo/vwo/ hbo/wo 9%
Leeftijd 18 t/m 24 jaar 8%
Leeftijd 25 t/m 39 jaar 9%
Leeftijd 40 t/m 54 jaar 9%
Leeftijd 55 t/m 64 jaar 11%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 14%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 29%
Leeftijd 85+ jaar 62%

Ontvangen hulp vanwege gezondheid (65+): trend de gemeente Best 2016-2024

Indicator Jaar Percentage
Betaalde hulp 2016 16%
Betaalde hulp 2020 15%
Betaalde hulp 2024 15%
Mantelzorger 2016 7%
Mantelzorger 2020 13%
Mantelzorger 2024 17%
Vrijwilliger 2016 0,8%
Vrijwilliger 2020 2%
Vrijwilliger 2024 2%

Door de toenemende druk op de zorgvoorzieningen in Nederland wordt er steeds vaker een beroep gedaan op het sociale netwerk van individuen voor ondersteuning. Dit betekent dat familieleden, vrienden en buren een grotere rol (gaan) spelen in de dagelijkse zorg en ondersteuning van hulpbehoevenden. Hoewel deze verschuiving effectief kan zijn, is het belangrijk te erkennen dat dit sociale netwerk dan wel beschikbaar moet zijn. Het mantelzorgpotentieel neemt de komende jaren fors af en is in 2050 nog maar 40% van wat het in 2022 was. Daarnaast vindt niet iedereen het gemakkelijk om hulp te vragen. Veel mensen ervaren een drempel om hun netwerk te belasten, zelfs wanneer ze daadwerkelijk hulp nodig hebben. Deze terughoudendheid, ook wel ‘vraagverlegenheid’ genoemd, kan voortkomen uit schaamte, het gevoel anderen tot last te zijn of de wens om onafhankelijk te blijven.

Vindt het erg moeilijk om hulp te vragen bij problemen met gezondheid (65+), gemeente: 13%, ggd-regio: 14%. 13% Gemeente 14% GGD-regio Vindt het erg moeilijk om hulp te vragenbij problemen met gezondheid (65+)
Hulp nu of in de toekomst beschikbaar in omgeving, mocht deze nodig zijn (65+), gemeente: 88%, ggd-regio: 85%. 88% Gemeente 85% GGD-regio Hulp nu of in de toekomst beschikbaarin omgeving, mocht deze nodig zijn (65+)

Vindt het erg moeilijk om hulp te vragen bij problemen met gezondheid (65+): trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2024
Best 28% 21% 13%
GGD Brabant-Zuidoost 25% 21% 14%

Zorg nu en in de toekomst

De vergrijzing en een toenemende zorgvraag zetten de toegankelijkheid en betaalbaarheid van zorg onder druk. Tegelijkertijd biedt digitalisering kansen, maar roept het ook vragen op over inclusiviteit en de rol van het sociale netwerk.

58% van de 18-plussers in de gemeente Best maakt zich zorgen of men (in de toekomst) de zorg kan krijgen die men nodig heeft.

80% denkt goed met digitale zorg overweg te kunnen (bijvoorbeeld via videobellen).

55% vraagt (nu al) eerst hulp aan familie, vrienden of buren vóór naar een (huis)arts of andere zorgverlener te gaan.

In de GGD-regio zien we dat oudere inwoners en inwoners zonder startkwalificatieinwoners zonder startkwalificatie: alleen basisonderwijs of een vmbo-diploma minder vaak goed met digitale zorg overweg denken te kunnen en zich meer zorgen maken of men wel de zorg kan krijgen die men nodig heeft. Inwoners geboren buiten Europa denken minder vaak goed met digitale zorg overweg te kunnen.

Nu het kabinet is gevallen zetten we in de regionale samenwerking vol in op het GALA en IZA, maar hopen ook dat we na 2026 met behulp van het AZWA de beweging naar de voorkant met meer focus op gezondheid onverminderd kunnen doorzetten. Juist nu is lokale en regionale regie cruciaal.

Kwetsbaarheid en vallen (65+)

Kwetsbaarheid

Niet alle ouderen zijn kwetsbaar, maar het risico op kwetsbaarheid stijgt wel met de leeftijd. In het Integraal Zorgakkoord (IZA) zijn ouderen met een kwetsbare gezondheid een belangrijke doelgroep. Of een oudere (65-plusser) kwetsbaar is wordt meestal berekend aan de hand van verschillende factoren die de lichamelijke en geestelijke gezondheid van de persoon beïnvloeden, ook bekend als de broosheidsindex of frailty index. Hierin worden o.a. ervaren gezondheid, problemen met horen, zien en bewegen, eenzaamheid en angst- en depressieklachten meegenomen. Het vaststellen van broosheid bij ouderen is belangrijk om verschillende redenen, bijvoorbeeld voor preventie, zorgplanning en risicobeheer.

In de gemeente Best heeft 25% van de 65-plussers een broze gezondheid. Het aandeel kwetsbare ouderen in de gemeente Best is vergelijkbaar met dat in heel Nederland.

Valongevallen

Een valongeval bij 65-plussers heeft veel impact op de zelfredzaamheid, het langer thuis kunnen blijven wonen en de kwaliteit van leven. Valongevallen komen vaker voor bij 65-plussers met mobiliteitsproblemen, verminderde spierkracht en verminderde balans. Ook komen valongevallen vaker voor bij ouderen die al eerder gevallen zijn.

 

Eén of meer keer gevallen in de laatste 12 maanden, gemeente: 33%, ggd-regio: 29%, landelijk: 29%. 33% Gemeente 29% GGD-regio 29% Landelijk Eén of meer keer gevallen in de laatste 12 maanden

 

Het aandeel 65-plussers dat is gevallen in de gemeente Best is vergelijkbaar met dat in heel Nederland.

Van alle 65-plussers in de regio zien we dat vrouwen vaker vallen dan mannen, vaker bezorgd zijn om te vallen en ook vaker gewond raken bij een val.

Eén of meerdere keren gevallen in de laatste 12 maanden (65+): uitgesplitst naar gender, opleiding & leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 26%
Gender Vrouw 33%
Opleiding Geen/Lager onderwijs/ mavo/lbo 30%
Opleiding Mbo/havo/vwo/ hbo/wo 28%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 25%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 31%
Leeftijd 85+ jaar 44%

Circa de helft van de valongevallen vindt plaats in of rondom het huis. In de gemeente Best is 13% van de 65-plussers gewond geraakt bij een val.

Door in te zetten op het voorkomen van valincidenten kan gezondheidswinst behaald worden. Met de ketenaanpak Valpreventie waarbij met een integrale aanpak ingezet wordt op vroegtijdig signaleren en screenen van valrisicogroepen kan het aantal valincidenten verminderd worden. Inzetten op “Goed voorbereid ouder worden” zal in het kader van dubbele vergrijzing zijn vruchten afwerpen.

Mentaal welbevinden

Mentale gezondheid is de manier waarop je je verhoudt tot jezelf en tot anderen en hoe je omgaat met de uitdagingen in het dagelijks leven. Tegelijkertijd gaat het ook over hoe jij en anderen in de samenleving dit ervaren. Het versterken van mentale weerbaarheid en mentale gezondheid is één van de thema’s in het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA), wat extra van belang is door de impact van de coronapandemie op de mentale gezondheid van de bevolking.

Geluk

 

Voelde zich in de laatste 4 weken vaak tot voortdurend gelukkig, gemeente: 81%, ggd-regio: 77%, landelijk: 77%. 81% Gemeente 77% GGD-regio 77% Landelijk Voelde zich in de laatste 4 wekenvaak tot voortdurend gelukkig

 

Eén van de aspecten van mentale gezondheid is ‘geluk’. Hoe gelukkig iemand zich voelt zegt veel over de mentale gezondheid van deze persoon. Het percentage inwoners van de gemeente Best dat zich vaak tot voortdurend gelukkig voelde in de laatste 4 weken is gelijk gebleven sinds 2016.

Het ervaren van geluk gaat over hoe tevreden je bent met je leven. We weten dat die tevredenheid samenhangt met hoe goed je je verbonden voelt met anderen, hoe lekker je zelf in je vel zit en hoe goed je met tegenslagen kunt omgaan. Geluk is een vrij constant gevoel; het zal niet van dag tot dag veranderen, ondanks dat er misschien vervelende of moeilijke gebeurtenissen zijn. Als gemeente kun je inzetten op het versterken van veerkracht van je inwoners, bijvoorbeeld door mee te doen aan de jaarlijkse Week van de Mentale Gezondheid.

Stress

Iedereen ervaart weleens stress. Op zich is stress niet slecht; het helpt ons juist om goed te presteren in spannende situaties. Maar wanneer stress te lang aanhoudt, kan dit schadelijk zijn voor de gezondheid. Het kan bijvoorbeeld leiden tot psychische klachten of zelfs een burn-out.

 

In de laatste 4 weken (heel) veel stress ervaren, gemeente: 16%, ggd-regio: 20%, landelijk: 20%. 16% Gemeente 20% GGD-regio 20% Landelijk In de laatste 4 weken (heel)veel stress ervaren

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat in de laatste 4 weken (heel) veel stress heeft ervaren is lager dan in heel Nederland.

Heeft in de laatste 4 weken (heel) veel stress ervaren, uitgesplitst naar geslacht, opleiding en leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 17%
Gender Vrouw 22%
Opleiding Geen/Lager onderwijs/ mavo/lbo 15%
Opleiding Mbo/havo/vwo/ hbo/wo 21%
Leeftijd 18 t/m 24 jaar 29%
Leeftijd 25 t/m 39 jaar 28%
Leeftijd 40 t/m 54 jaar 22%
Leeftijd 55 t/m 64 jaar 17%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 8%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 7%
Leeftijd 85+ jaar 8%

Volwassenen ervaren meer stress dan ouderen. In de gemeente Best wordt door 18- t/m 64-jarigen het vaakst stress ervaren op het gebied van:

  • werk (14%)
  • opvoeding / kinderen (7%)
  • familie of vrienden (5%)
  • geldzaken (5%)
  • wonen (4%)

Risico op een angststoornis of depressie

Voor het meten van een hoog risico op een angststoornis of depressie is de Kessler-10 (K10) vragenlijst gebruikt. De K10 onderscheidt de groep die een hoog risico heeft op een angststoornis of depressie.

 

Hoog risico op een angststoornis of depressie, gemeente: 7%, ggd-regio: 9%, landelijk: 9%. 7% Gemeente 9% GGD-regio 9% Landelijk Hoog risico op een angststoornis of depressie

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat een hoog risico heeft op een angststoornis of depressie is vergelijkbaar met dat in heel Nederland en is gelijk gebleven sinds 2016.

Angst- en depressiegevoelens

Het versterken van mentaal welbevinden vraagt om een integrale, preventieve en inclusieve benadering, waarbij niet alleen zorg, maar ook sociale economische en leefstijlfactoren een rol spelen. De gemeente kan een regierol pakken in het verbinden van partijen, mentale gezondheid bespreekbaar maken en onderdeel uit laten maken van beleid. Aanknopingspunten voor dit beleid vind je onder andere op:

Met behulp van de Mental Health Inventory 5 (MHI-5) kunnen de gevoelens van angst- of depressie van mensen worden gemeten. De MHI-5 geeft een breed beeld over angst- of depressiegevoelens. De vragenlijst bestaat uit vijf vragen die gaan over hoe mensen zich in de afgelopen vier weken hebben gevoeld.

Van de inwoners in de de gemeente Best van 18 jaar en ouder had 41% in de afgelopen 4 weken angst- of depressiegevoelens.

 

Gemiddeld ervaren vrouwen vaker gevoelens van angst of depressie dan mannen. Vooral bij mensen in de leeftijdscategorie van 18 t/m 24 jaar komen deze gevoelens vaak voor. Bij 65- t/m 74-jarigen komen deze gevoelens het minst voor.

Had in de afgelopen 4 weken angst- of depressiegevoelens, uitgesplitst naar geslacht, moeite met rondkomen en leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 41%
Gender Vrouw 50%
Rondkomen Moeite met rondkomen 73%
Rondkomen Geen moeite met rondkomen 42%
Leeftijd 18 t/m 24 jaar 56%
Leeftijd 25 t/m 39 jaar 53%
Leeftijd 40 t/m 54 jaar 46%
Leeftijd 55 t/m 64 jaar 41%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 36%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 41%
Leeftijd 85+ jaar 48%

Had in de afgelopen 4 weken angst- of depressiegevoelens: trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2022 2024
Best 39% 43% 44% 41%
GGD Brabant-Zuidoost 40% 42% 45% 46%

Suïcidegedachten

Suïcide is een ingrijpend en complex maatschappelijk probleem, met grote gevolgen voor individuen, naasten en de samenleving. Inzetten op psychisch lijden, uitzichtloosheid of sociaal isolement is dus een belangrijk onderdeel van suïcidepreventie.

 

Heeft er in de laatste 12 maanden een enkele keer tot heel vaak serieus over gedacht een eind te maken aan het leven, gemeente: 10%, ggd-regio: 10%, landelijk: 10%. 10% Gemeente 10% GGD-regio 10% Landelijk Heeft er in de laatste 12 maanden een enkele keer tot heel vaakserieus over gedacht een eind te maken aan het leven

 

Mensen in de leeftijdsgroep 18 t/m 24 jaar hebben vaker suïcidegedachten dan andere leeftijdsgroepen. Het blijft onder deze leeftijdsgroep de belangrijkste doodsoorzaak. Suïcidegedachten leiden niet altijd tot suïcidepogingen. Bij mannen komt suïcide vaker voor dan bij vrouwen.

In 2026 gaat de Wet integrale suïcidepreventie van kracht. Het doel van deze wet is om suïcidepreventie structureel te verankeren in de Wet publieke gezondheid, waardoor het een wettelijke taak wordt voor zowel de landelijke als lokale overheden om actief beleid te voeren ter voorkoming van zelfdoding. Gemeenten kunnen de suïcidepreventie vormgeven door:

  • Signaleren en verbinden: inzetten op het (leren) signaleren van suïcidaliteit en hoogrisicogroepen. Bijvoorbeeld door trainingen aan te bieden voor professionals in contact met inwoners.
  • Toegankelijke hulp: lokale inloopplekken en anonieme, laagdrempelige ondersteuning (zoals via 113 faciliteren)
  • Bewustwording en peer support: campagnes en initiatieven ondersteunen, zoals @ease en TEJO, waar inwoners elkaar kunnen steunen of anoniem kunnen praten met getrainde vrijwilligers.

Wil je meer informatie over hoe je suïcidepreventie in de gemeente Best of regio kunt oppakken? Op 113.nl vind je handvatten en inspiratie. De Brabantse GGD’en schreven een factsheet Suïcidepreventie.

Denk je aan zelfdoding? Of maak je je zorgen over iemand? Neem contact op met 113 Zelfmoordpreventie, via de telefoon (0800 - 0113) of chat. 113 Zelfmoordpreventie is 24 uur per dag gratis bereikbaar.

Grip op het leven

Binnen het gedachtegoed van Positieve Gezondheid staat niet de ziekte, maar het vermogen om met de uitdagingen van het leven om te gaan centraal. Het gaat om het versterken van veerkracht, het bevorderen van eigen regie en het ondersteunen bij het vinden van zingeving. Deze elementen helpen mensen om hun leven vorm te geven op een manier die bij hen past. In de Landelijke nota gezondheidsbeleid is dit thema belangrijk: door in te zetten op wat mensen wél kunnen en wat voor hen van waarde is, stimuleren we gezondheid in brede zin. Zo bouwen we samen aan een veerkrachtige samenleving waarin mensen zich gezien, gehoord en gesteund voelen.

Veerkracht

Veerkracht geeft aan hoe goed iemand zich aanpast aan de uitdagingen en tegenslagen in het leven. Deze veerkracht kan variëren van laag tot gemiddeld of hoog. Mensen met een hoge veerkracht hebben doorgaans minder moeite om met stressvolle gebeurtenissen om te gaan en herstellen vaak snel na een moeilijke periode. De Vita-16 is gebruikt om de veerkracht te meten. Het beleid rondom mentale gezondheid richt zich op het versterken van de mentale veerkracht binnen de bevolking. Veerkracht is ook een belangrijk onderdeel van het concept Positieve Gezondheid.

 

(Zeer) hoge veerkracht, gemeente: 56%, ggd-regio: 52%, landelijk: 54%. 56% Gemeente 52% GGD-regio 54% Landelijk (Zeer) hoge veerkracht

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best met een (zeer) hoge veerkracht is vergelijkbaar met dat in heel Nederland. Mannen, 65- t/m 74-jarigen en mensen met een hbo- of wo-opleiding hebben het vaakst een (zeer) hoge veerkracht.

(Zeer) hoge veerkracht, uitgesplitst naar geslacht, opleiding en leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 57%
Gender Vrouw 47%
Opleiding Geen/Lager onderwijs/ mavo/lbo 45%
Opleiding Mbo/havo/vwo/ hbo/wo 54%
Leeftijd 18 t/m 24 jaar 44%
Leeftijd 25 t/m 39 jaar 46%
Leeftijd 40 t/m 54 jaar 56%
Leeftijd 55 t/m 64 jaar 56%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 59%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 52%
Leeftijd 85+ jaar 43%

Tegenslagen in het leven zijn niet te voorkomen. Veerkracht betekent dat je na een flinke tegenslag weer door kunt gaan. Misschien moet dit dan wel op een andere manier. Dit betekent overigens niet dat je gevoelens van boosheid en verdriet moet negeren. Als je deze gevoelens bijvoorbeeld met iemand bespreekt of opschrijft, kan dat energie geven om door te gaan. Zie deze videoserie over wat mensen veerkracht geeft.

Regie eigen leven

Regie over het eigen leven is de mate waarin mensen ervaren zelf de controle te hebben over hun leven. Voldoende eigen regie is belangrijk, omdat het zorg- en welzijnsbeleid steeds meer uitgaat van eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid.

 

Matig tot veel regie over het eigen leven, gemeente: 88%, ggd-regio: 88%, landelijk: 88%. 88% Gemeente 88% GGD-regio 88% Landelijk Matig tot veel regie over het eigen leven

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat matig tot veel regie over het eigen leven heeft is vergelijkbaar met dat in heel Nederland.

De mate waarin mensen regie ervaren over hun leven neemt toe met het opleidingsniveau en daalt vanaf 55 jaar. In de gemeente Best zien we dat het percentage inwoners dat matig tot veel regie over zijn leven ervaart is gelijk gebleven sinds 2016.

Matig tot veel regie over het eigen leven, uitgesplitst naar geslacht, opleiding en leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 90%
Gender Vrouw 86%
Opleiding Geen/Lager onderwijs/ mavo/lbo 80%
Opleiding Mbo/havo/vwo/ hbo/wo 90%
Leeftijd 18 t/m 24 jaar 92%
Leeftijd 25 t/m 39 jaar 90%
Leeftijd 40 t/m 54 jaar 90%
Leeftijd 55 t/m 64 jaar 86%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 86%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 81%
Leeftijd 85+ jaar 72%

Matig tot veel regie over het eigen leven: trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2024
Best 90% 91% 88%
GGD Brabant-Zuidoost 89% 90% 88%

Eigen regie is een belangrijke voorwaarde voor het ervaren van gezondheid. Inwoners die zelf keuzes kunnen maken en richting geven aan hun leven, kunnen hun energie doelgericht inzetten, ook bij tegenslagen. Dit versterkt hun veerkracht en bevordert zowel herstel als welzijn. Ruimte geven aan persoonlijke voorkeuren en zingeving draagt bij aan het behoud van mentale en fysieke gezondheid.

Bij het bevorderen van de eigen regie van inwoners is het belangrijk dat wordt uitgegaan van de mogelijkheden van de inwoners en hun netwerk (‘zorgen dat’ in plaats van ‘zorgen voor’). Movisie heeft veel expertise op dit gebied, kijk voor meer informatie en aanknopingspunten voor beleid op de themapagina op hun website.

Zingeving

Zingeving gaat over het vinden van betekenis in je leven, weten wie je bent, wat je echt belangrijk vindt en wat je doel is. Dat hoeven geen grootse meeslepende dingen te zijn.

Heeft het gevoel een doel en richting te hebben in het leven, gemeente: 61%, ggd-regio: 64%. 61% Gemeente 64% GGD-regio Heeft het gevoel een doel en richtingte hebben in het leven
Heeft het gevoel mee te tellen in de samenleving, gemeente: 67%, ggd-regio: 67%. 67% Gemeente 67% GGD-regio Heeft het gevoel mee te tellenin de samenleving

In de gemeente Best geeft 61% van de 18-plussers aan het gevoel te hebben een doel en richting te hebben in het leven. Daarnaast geniet 73% ervan om plannen te maken en deze uit te voeren. Slechts 14% vindt de dagelijkse activiteiten vaak onbelangrijk. Tot slot voelt 67% zich betrokken en ervaart men dat ze meetellen in de samenleving. Op de verschillende aspecten van zingeving scoren de 18- t/m 64-jarigen gemiddeld iets beter dan 65-plussers.

Zingeving is één van de 6 dimensies van ‘positieve gezondheid’, een dynamische benadering van gezondheid, die recht doet aan wat voor mensen betekenis geeft aan hun leven. Volgens Machteld Huber is zingeving ‘de meest gezondmakende kracht’. Dit staat tegenover de statische benadering van gezondheid. Deze heeft het uitgangspunt om door te behandelen tot een toestand van volledig welbevinden is bereikt.

Sociaal welbevinden

Sociale steun

Sociale steun is een belangrijke beschermende factor bij het omgaan met ingrijpende gebeurtenissen in iemands leven. Mensen die niet voldoende kunnen beschikken over steun zijn kwetsbaar als er iets gebeurt. Of iemand sociale steun ontvangt, is bepaald met drie vragen van de Sociale Steunschaal van Hortulanus. Er zijn meerdere vormen van sociale steun: emotionele, praktische en gezelschapssteun.

 

Kan redelijk tot goed beschikken over sociale steun vanuit de omgeving , gemeente: 94%, ggd-regio: 93%, landelijk: 93%. 94% Gemeente 93% GGD-regio 93% Landelijk Kan redelijk tot goed beschikken over sociale steun vanuit de omgeving

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat beschikt over sociale steun is vergelijkbaar met dat in heel Nederland.

Veel mensen vinden bij problemen steun in het eigen netwerk. Buren die een boodschap halen, familieleden die mantelzorg verlenen, of een sportcoach die een oogje in het zeil houdt. Sterke sociale banden vergroten de leefbaarheid in de buurt. Het landelijke beleid is erop gericht dat mensen vaker een beroep doen op hun omgeving als ze hulp nodig hebben. Omdat dit dichtbij, vertrouwd en laagdrempelig is en dit mogelijk de noodzaak van professionele steun verkleint of uitstelt.

Movisie deelt kennis over hoe sociale verbanden het beste kunnen worden versterkt en benut.

Eenzaamheid

Eenzaamheid kan gepaard gaan met negatieve gevoelens van leegte, verdriet, angst en zinloosheid en met lichamelijke of psychische klachten. Eenzaamheidgevoelens kunnen invloed hebben op gezondheid, welzijn en kwaliteit van leven. Er zijn verschillende soorten eenzaamheid die ook een verschillende aanpak vragen.

 

De 11-itemschaal van De Jong-Gierveld is gebruikt voor het bepalen van eenzaamheid.

 

(Zeer) sterk eenzaam, gemeente: 10%, ggd-regio: 14%, landelijk: 13%. 10% Gemeente 14% GGD-regio 13% Landelijk (Zeer) sterk eenzaam

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat (zeer) sterk eenzaam is, is vergelijkbaar met dat in heel Nederland. Dit percentage fluctueert licht door de jaren heen. (Zeer) sterke eenzaamheid komt het vaakst voor bij 85-plussers.

(Zeer) sterk eenzaam uitgesplitst naar gender, opleiding & leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 14%
Gender Vrouw 14%
Opleiding Geen/Lager onderwijs/ mavo/lbo 16%
Opleiding Mbo/havo/vwo/ hbo/wo 13%
Leeftijd 18 t/m 24 jaar 14%
Leeftijd 25 t/m 39 jaar 16%
Leeftijd 40 t/m 54 jaar 16%
Leeftijd 55 t/m 64 jaar 13%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 10%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 12%
Leeftijd 85+ jaar 19%

Binnen eenzaamheid wordt onderscheid gemaakt tussen sociale en emotionele eenzaamheid. Sociale eenzaamheid is gekoppeld aan het gemis van betekenisvolle relaties met een bredere groep van mensen om je heen, zoals kennissen, collega’s, buurtgenoten, mensen met dezelfde belangstelling of mensen om samen een hobby mee uit te voeren. Emotionele eenzaamheid ontstaat door een sterk gemis van een intieme relatie, een emotioneel hechte band met een partner, familielid of een hartsvriend(in) en kan bijvoorbeeld ontstaan na een scheiding.

Sociaal eenzaam, gemeente: 30%, ggd-regio: 34%, landelijk: 32%. 30% Gemeente 34% GGD-regio 32% Landelijk Sociaal eenzaam
Emotioneel eenzaam, gemeente: 23%, ggd-regio: 29%, landelijk: 29%. 23% Gemeente 29% GGD-regio 29% Landelijk Emotioneel eenzaam

In veel gemeenten wordt eenzaamheid erkend als een belangrijk maatschappelijk vraagstuk, maar toch worstelen beleidsmedewerkers en zorg- en hulpverleners met de vraag hoe zij eenzaamheid op een duurzame en systematische manier kunnen aanpakken. Een duurzame en systematische manier van eenzaamheid aanpakken is van belang.

Movisie heeft in het Wat werkt bij de aanpak van eenzaamheid – dossier risicofactoren, preventieve aanpak, passende interventies en werkzame factoren op een rij gezet.

In het actieprogramma Eén tegen eenzaamheid werken maatschappelijke organisaties, gemeenten, kennisinstellingen, bedrijven en de Rijksoverheid samen om eenzaamheid in Nederland te verminderen. Als we vereenzaming een halt willen toeroepen, is een gezamenlijke aanpak nodig.

Overgewicht

Een gezond gewicht draagt onder andere bij aan beter dagelijks functioneren, betere kwaliteit van leven en een betere mentale gezondheid.

Uit de Volksgezondheid Toekomstverkenning 2024 blijkt dat overgewicht (BMI van 25 of hoger) onder jongere leeftijdsgroepen (18 t/m 44 jaar) de komende jaren het snelst zal toenemen. Overgewicht is na roken de belangrijkste oorzaak van ziekten in Nederland volgens het Nationaal Preventieakkoord. Het terugdringen van overgewicht is niet voor niets één van de speerpunten van dit akkoord. Het streven is dat het percentage volwassenen met overgewicht in 2040 is gedaald naar 38%. Ten tijde van het afsluiten van het preventieakkoord (2017) was het landelijke percentage volwassenen met overgewicht 48,7%. In 2024 is dat 50,0%.

 

Overgewicht (BMI ≥ 25), gemeente: 48%, ggd-regio: 49%, landelijk: 50%. 48% Gemeente 49% GGD-regio 50% Landelijk Overgewicht (BMI ≥ 25)

 

Het percentage inwoners met overgewicht in de gemeente Best is vergelijkbaar met dat in heel Nederland.

Van de inwoners in de gemeente Best met overgewicht, heeft :

14% ernstig overgewicht (BMI ≥ 30)

Overgewicht komt het vaakst voor bij mannen, 40-plussers en inwoners zonder startkwalificatieinwoners zonder startkwalificatie: alleen basisonderwijs of een vmbo-diploma.

Overgewicht (BMI ≥ 25) uitgesplitst naar gender, opleiding & leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 52%
Gender Vrouw 46%
Opleiding Geen/Lager onderwijs/ mavo/lbo 59%
Opleiding Mbo/havo/vwo/ hbo/wo 46%
Leeftijd 18 t/m 24 jaar 25%
Leeftijd 25 t/m 39 jaar 40%
Leeftijd 40 t/m 54 jaar 53%
Leeftijd 55 t/m 64 jaar 60%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 60%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 56%
Leeftijd 85+ jaar 46%

Het percentage inwoners in de gemeente Best met overgewicht is gelijk gebleven sinds 2016.

Overgewicht (BMI ≥ 25): trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2022 2024
Best 53% 53% 58% 48%
GGD Brabant-Zuidoost 47% 49% 50% 49%

Door in te zetten op het voorkomen en verminderen van overgewicht kan veel gezondheidswinst behaald worden. Het ontwikkelen van overgewicht heeft meerdere oorzaken. Met een integrale aanpak grijp je in op meerdere factoren die een rol spelen. De gecombineerde leefstijlinterventie (GLI) helpt om mensen met overgewicht meer te bewegen en gezond te eten. De GLI moet zorgen voor een gezonde verandering in gedrag op de lange termijn.

Bewegen en sport

Bewegen

Bewegen en sport hebben naast een positieve invloed op een gezond gewicht, ook een positieve invloed op de fysieke en mentale gezondheid. Ze verminderen de kans op een aantal langdurige ziekten en aandoeningen. Daarnaast helpen sport en bewegen mensen om beter in hun vel te zitten en wordt sociale interactie bevorderd.

De Nederlandse beweegrichtlijn geeft aan hoeveel beweging nodig is voor een goede gezondheid. Het streven is dat in 2040 75% van de Nederlanders voldoet aan de Beweegrichtlijn.

Nederlandse beweegrichtlijn:

  • Beweeg minstens 150 minuten per week matig intensief
  • Doe minstens twee keer per week spier- en botversterkende oefeningen
  • Voor ouderen: combineer dit met balansoefeningen

 

Voldoet aan de Nederlandse beweegrichtlijn, gemeente: 44%, ggd-regio: 49%, landelijk: 49%. 44% Gemeente 49% GGD-regio 49% Landelijk Voldoet aan de Nederlandse beweegrichtlijn

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat voldoet aan de Nederlandse beweegrichtlijn is lager dan in heel Nederland. Naarmate men ouder wordt voldoen inwoners minder vaak aan de Nederlandse beweegrichtlijn. Mannen voldoen vaker aan de beweegrichtlijn dan vrouwen.

Voldoet aan beweegrichtlijn uitgesplitst naar gender, opleiding & leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 53%
Gender Vrouw 45%
Opleiding Geen/Lager onderwijs/ mavo/lbo 38%
Opleiding Mbo/havo/vwo/ hbo/wo 53%
Leeftijd 18 t/m 24 jaar 63%
Leeftijd 25 t/m 39 jaar 52%
Leeftijd 40 t/m 54 jaar 50%
Leeftijd 55 t/m 64 jaar 46%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 51%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 37%
Leeftijd 85+ jaar 19%

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat voldoet aan de Nederlandse beweegrichtlijn is afgenomen sinds 2016.

Voldoet aan beweegrichtlijn: trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2022 2024
Best 55% 48% 46% 44%
GGD Brabant-Zuidoost 53% 51% 46% 49%

Sport

 

Sport minstens één keer per week, gemeente: 64%, ggd-regio: 58%, landelijk: 58%. 64% Gemeente 58% GGD-regio 58% Landelijk Sport minstens één keer per week

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat minstens één keer per week sport is hoger dan in heel Nederland. Dit percentage is gelijk gebleven sinds 2022. 33% van de inwoners is lid van een sportvereniging of -club.

De gemeente kan bewegen en gezond eten stimuleren door de inrichting van de omgeving aantrekkelijk te maken om in te bewegen. Bijvoorbeeld door gezondheid mee te wegen bij projectplannen voor (her)inrichting van buurten. Naast het aantrekkelijk maken van de leefomgeving, is het ook belangrijk om bewegen te stimuleren. Het Kenniscentrum Sport en Bewegen heeft veel informatie om bewegen en sporten te stimuleren.

Middelengebruik

Middelengebruik, zoals roken, vapen, alcohol- en drugsgebruik, vormt een belangrijke uitdaging voor de volksgezondheid. De schadelijke effecten op zowel individueel als maatschappelijk niveau zijn groot: middelengebruik kan leiden tot gezondheidsproblemen, verslaving, verzuim en sociale problemen. Het voorkomen van middelengebruik en het bevorderen van een gezonde leefstijl zijn daarom belangrijke speerpunten binnen een gezondheidsbeleid.

Roken en vapen

Roken is een ernstige verslaving en veruit de belangrijkste leefstijlfactor waardoor mensen ziek worden of overlijden. Vapes zijn schadelijker dan eerder gedacht. Ook komen er steeds meer aanwijzingen dat mensen gemakkelijker overstappen van de vape naar sigaretten. Hoe jonger iemand start met roken of vapen, hoe groter de kans is op een rookverslaving.

In het Nationaal Preventieakkoord zijn de doelstellingen helder: het realiseren van een rookvrije generatie in 2040. Dat betekent dat er vanaf 2040 geen kind meer rookt of ooit nog zal gaan roken.

 

Rookt, gemeente: 12%, ggd-regio: 14%, landelijk: 15%. 12% Gemeente 14% GGD-regio 15% Landelijk Rookt

 

Het percentage rokers in de gemeente Best is vergelijkbaar met dat in Nederland. Roken komt vaker voor bij de jongere generatie en bij inwoners zonder startkwalificatieinwoners zonder startkwalificatie: alleen basisonderwijs of een vmbo-diploma. Daarnaast roken mannen vaker dan vrouwen.

Rookt uitgesplitst naar gender, opleiding & leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 16%
Gender Vrouw 11%
Opleiding Geen/Lager onderwijs/ mavo/lbo 17%
Opleiding Mbo/havo/vwo/ hbo/wo 13%
Leeftijd 18 t/m 24 jaar 18%
Leeftijd 25 t/m 39 jaar 17%
Leeftijd 40 t/m 54 jaar 14%
Leeftijd 55 t/m 64 jaar 13%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 11%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 7%
Leeftijd 85+ jaar 4%

Het percentage rokers in de gemeente Best is gelijk gebleven sinds 2016.

Rookt: trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2022 2024
Best 17% 10% 11% 12%
GGD Brabant-Zuidoost 18% 15% 16% 14%

 

Vapet, gemeente: 4%, ggd-regio: 5%, landelijk: 4%. 4% Gemeente 5% GGD-regio 4% Landelijk Vapet

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat vapet is vergelijkbaar met dat in Nederland. Vapen komt vaker voor bij 18- t/m 24-jarigen.

Om een volledig beeld te schetsen van roken en vapen, worden de percentages van roken en vapen ook gecombineerd weergegeven.

 

Rookt en/of vapet, gemeente: 14%, ggd-regio: 15%, landelijk: 17%. 14% Gemeente 15% GGD-regio 17% Landelijk Rookt en/of vapet

 

Om de rookvrije generatie mogelijk te maken is het belangrijk om kinderen te laten opgroeien in een rook- en tabakvrije omgeving: niet langer blootstaan aan meeroken en niet langer verleid worden om te gaan roken. Om dit te bereiken kunnen we bijvoorbeeld (nog meer) inzetten op:

  • Ondersteuning bij stoppen met roken, door mee te doen aan de landelijke campagne Stoptober, zorgverleners te stimuleren om stoppen met roken te bespreken met hun patiënten, en door het opstellen van een goed overzicht (sociale kaart) van de beschikbare stoppen met roken ondersteuning
  • Creëer een rookvrije omgeving, zoals rookvrije schoolpleinen, speelplekken, sportterreinen en werkplekken
  • Stimuleer scholen om aan de slag te gaan met preventieprogramma’s gericht op roken en vapen zoals “Helder op school

Alcohol

Het voorkomen van problematisch alcoholgebruik is één van de speerpunten van het Nationaal Preventieakkoord. Het doel is om voor 2040 overmatig alcoholgebruik te verminderen van 8,8% naar 5%. Met speciale aandacht voor het aandeel overmatige drinkers van 50 jaar en ouder. Het bereiken van dit doel is nog niet in zicht. Hiervoor zijn extra maatregelen zijn nodig.

Alcoholrichtlijn Gezondheidsraad 2015

De Gezondheidsraad adviseert volwassenen van 18 jaar en ouder om geen alcohol te drinken of in ieder geval niet meer dan één glas per dag. Dit advies is bedoeld om langdurige ziekten of aandoeningen te voorkomen. Daarnaast kan alcoholgebruik maatschappelijke en sociale gevolgen hebben. Bijvoorbeeld (verkeers)ongelukken, geweld en verwaarlozing van naasten.

 

Drinkt niet of maximaal één glas alcohol per dag, gemeente: 45%, ggd-regio: 41%, landelijk: 45%. 45% Gemeente 41% GGD-regio 45% Landelijk Drinkt niet of maximaal één glas alcohol per dag

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat niet of maximaal één glas alcohol per dag drinkt, is vergelijkbaar met dat in Nederland.

Vrouwen, 75-plussers en inwoners zonder startkwalificatieinwoners zonder startkwalificatie: alleen basisonderwijs of een vmbo-diploma voldoen het vaakst aan de alcoholrichtlijn.

Voldoet aan alcoholrichtlijn uitgesplitst naar gender, opleiding & leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 31%
Gender Vrouw 51%
Opleiding Geen/Lager onderwijs/ mavo/lbo 53%
Opleiding Mbo/havo/vwo/ hbo/wo 37%
Leeftijd 18 t/m 24 jaar 32%
Leeftijd 25 t/m 39 jaar 37%
Leeftijd 40 t/m 54 jaar 39%
Leeftijd 55 t/m 64 jaar 39%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 44%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 55%
Leeftijd 85+ jaar 75%

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat niet of maximaal één glas alcohol per dag drinkt is gelijk gebleven sinds 2016.

Voldoet aan alcoholrichtlijn: trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2022 2024
Best 36% 39% 42% 45%
GGD Brabant-Zuidoost 35% 40% 38% 41%

Overmatig en zwaar drinken

Zwaar drinken betekent dat een vrouw minstens 4 glazen of een man minstens 6 glazen alcohol op één dag drinkt, minstens één keer per week. Bij overmatig alcoholgebruik drinkt een vrouw meer dan 7 glazen of een man meer dan 14 glazen alcohol per week.

Zware drinker, gemeente: 8%, ggd-regio: 10%, landelijk: 9%. 8% Gemeente 10% GGD-regio 9% Landelijk Zware drinker
Overmatige drinker, gemeente: 13%, ggd-regio: 15%, landelijk: 15%. 13% Gemeente 15% GGD-regio 15% Landelijk Overmatige drinker

Het percentage zware drinkers in de gemeente Best is vergelijkbaar met dat in Nederland. Het percentage overmatige drinkers in de gemeente Best is vergelijkbaar met dat in Nederland en is gelijk gebleven sinds 2016.

Overmatige drinker: trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2022 2024
Best 19% 16% 17% 13%
GGD Brabant-Zuidoost 20% 16% 19% 15%

Alcoholgebruik is maatschappelijk geaccepteerd, maar vormt een gezondheidsrisico voor iedereen. Daarnaast speelt alcohol vaak een rol bij ongevallen, geweld en overlast. Voorbeelden van inzet zijn:

  • Bewustwording creëren van de risico’s van alcohol, vooral bij ouders (en hun rol in de opvoeding), door campagnes zoals NIX18. Een voorbeeld van een integraal lesprogramma is Helder op School, waarin ook aandacht is voor ouders, de schoolomgeving, regels en afspraken, signaleren en het aanpakken van problemen
  • Verantwoord alcoholbeleid binnen verenigingen en evenementen, door onder andere het beperken van reclame-uitingen
  • Opstellen en uitvoeren van een Preventie en Handhavingsplan Alcohol

Drugs

Het gebruik van drugs leidt bij langdurig en regelmatig gebruik tot (geestelijke) afhankelijkheid, psychische stoornissen en andere gezondheidsrisico’s. Recreatief gebruik lijkt genormaliseerd in sommige groepen, terwijl de gezondheidsrisico’s en maatschappelijke gevolgen groot zijn.

 

Van de 18- t/m 64-jarigen in de gemeente Best heeft 10% de laatste 12 maanden drugs gebruikt. Drugsgebruik komt vaker voor bij mannen, de jongere leeftijdscategorie en inwoners met een startkwalificatieinwoners met startkwalificatie: een mbo-, havo-, vwo-, hbo- of wo-diploma.

Drugsgebruik in de laatste 12 maanden, minimaal wekelijks , gemeente: 2%, ggd-regio: 2%. 2% Gemeente 2% GGD-regio Drugsgebruik in de laatste 12 maanden, minimaal wekelijks
Drugsgebruik in de laatste 12 maanden, maar minder dan wekelijks, gemeente: 8%, ggd-regio: 8%. 8% Gemeente 8% GGD-regio Drugsgebruik in de laatste 12 maanden,maar minder dan wekelijks

Top 3 van drugs die in het laatste jaar in de gemeente Best het vaakst zijn gebruikt door 18- t/m 64-jarigen:

  • hasj, wiet, cannabis (7%)
  • XTC (4%)
  • cocaïne, amfetamine (2%)

Om het drugsgebruik terug te dringen kun je je richten op:

  • Preventie en voorlichting, met nadruk op risicogroepen en normalisering zoals in het regioproject SKIP
  • Signalering en vroegtijdige hulpverlening, o.a. via scholen, jongerenwerk en eerstelijnszorg
  • Veilige en leefbare wijken, waarbij drugsoverlast wordt aangepakt in samenwerking met politie en handhaving
  • Samenwerking met regionale zorg- en preventiepartners, zoals verslavingszorginstellingen

Maatschappelijke participatie

Lidmaatschappen

Lid zijn van een (sport)vereniging of (sport)club bevordert zowel de fysieke als mentale gezondheid door regelmatige activiteiten en sociale interactie. Dit draagt bij aan een gezondere leefstijl en een verbeterd algemeen welzijn.

Is lid van een vereniging of club, gemeente: 49%, regio: 48%. 49% Gemeente 48% Regio Is lid van een vereniging of club
Is lid van een sportvereniging of sportclub, gemeente: 33%, regio: 29%. 33% Gemeente 29% Regio Is lid van een sportvereniging of sportclub

Vrijwilligerswerk

De vraag naar vrijwilligers neemt toe, tegelijkertijd wordt het steeds lastiger om vrijwilligers te vinden en te binden. Binnen de vrijwillige zorg en ondersteuning krijgen vrijwilligers te maken met steeds complexere vraagstukken. Dit vraagt veel, soms té veel, van vrijwilligers. Voor het goed begeleiden en ondersteunen van vrijwilligers is vaak niet genoeg capaciteit of aandacht. Gemeenten doen er goed aan om organisaties die met vrijwilligers werken goed te ondersteunen en faciliteren. Een goede samenwerking, erkenning en waardering zijn van belang. Kijk voor meer tips op de website van Movisie: de gemeente en vrijwillige zorg, hulp en ondersteuning.

Vrijwilligerswerk is onbetaald werk dat uitgevoerd wordt bij een (sport)vereniging, kerk, school of andere organisatie. Vrijwilligerswerk houdt de samenleving als geheel én de vrijwilliger zelf gezond en veerkrachtig. Waar mensen zich vrijwillig inzetten voor een ander en de samenleving ontstaat sociale verbinding.

 

Doet vrijwilligerswerk, gemeente: 26%, regio: 26%, landelijk: 26%. 26% Gemeente 26% Regio 26% Landelijk Doet vrijwilligerswerk

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat vrijwilligerswerk doet is vergelijkbaar met dat in Nederland. Mannen en 65- t/m 84-jarigen doen het vaakst vrijwilligerswerk. Het percentage inwoners in de gemeente Best dat vrijwilligerswerk doet is gelijk gebleven sinds 2016.

Doet vrijwilligerswerk: trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2022 2024
Best 32% 26% 22% 26%
GGD Brabant-Zuidoost 30% 25% 24% 26%

Maatschappelijke participatie is een essentiële pijler voor een inclusieve en veerkrachtige samenleving. Lidmaatschap van verenigingen en deelname aan vrijwilligerswerk dragen bij aan sociale cohesie, persoonlijke ontwikkeling en het welzijn van inwoners. De gemeente ziet het als haar taak om deze vormen van participatie te stimuleren, door:

Mantelzorg geven

In het GALA is het versterken van de sociale basis een thema. Hieronder valt het versterken van de informele zorg door middel van extra ondersteuning voor mantelzorgers. Mantelzorg is de zorg die iemand geeft aan een bekende uit zijn of haar omgeving die voor langere tijd ziek, hulpbehoevend of gehandicapt is. Dit kan een partner, kind of vriend zijn. Iemand is mantelzorger als de zorg minimaal drie maanden duurt of als degene zorg biedt voor minimaal acht uur per week. Mantelzorg is niet betaald. Mantelzorg bestaat onder andere uit het doen van het huishouden, wassen en aankleden, gezelschap houden, vervoer en het regelen van geldzaken.

 

Is mantelzorger, gemeente: 13%, ggd-regio: 14%, landelijk: 14%. 13% Gemeente 14% GGD-regio 14% Landelijk Is mantelzorger

 

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat mantelzorger is, is vergelijkbaar met dat in heel Nederland. Vrouwen en 55- t/m 64-jarigen zijn relatief het vaakst mantelzorger.

Mantelzorger uitgesplitst naar gender, opleiding & leeftijd (GGD-regio)

Groep Subgroep Percentage
Gender Man 11%
Gender Vrouw 16%
Opleiding Geen/Lager onderwijs/ mavo/lbo 13%
Opleiding Mbo/havo/vwo/ hbo/wo 14%
Leeftijd 18 t/m 24 jaar 3%
Leeftijd 25 t/m 39 jaar 6%
Leeftijd 40 t/m 54 jaar 15%
Leeftijd 55 t/m 64 jaar 25%
Leeftijd 65 t/m 74 jaar 18%
Leeftijd 75 t/m 84 jaar 16%
Leeftijd 85+ jaar 9%

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat mantelzorger is, is gelijk gebleven sinds 2016.

Is mantelzorger: trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2022 2024
Best 19% 16% 12% 13%
GGD Brabant-Zuidoost 16% 14% 14% 14%

Zwaarbelaste mantelzorgers

Hoewel mantelzorg vaak uit betrokkenheid en liefde wordt gegeven, kan intensief en langdurig zorgen als zwaar worden ervaren. De toenemende druk op de zorg vergroot het risico op overbelasting van mantelzorgers.

 

Zwaar tot overbelaste mantelzorger (% van mantelzorgers), gemeente: 21%, ggd-regio: 22%. 21% Gemeente 22% GGD-regio Zwaar tot overbelaste mantelzorger (% van mantelzorgers)

 

Zwaar tot overbelaste mantelzorger (% van mantelzorgers): trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2022 2024
Best 22% 14% 20% 21%
GGD Brabant-Zuidoost 14% 13% 19% 22%

Preventief handelen is belangrijk om overbelasting te signaleren, voorkomen en verminderen. Hierdoor wordt de inzet van dure professionele zorg verminderd of in elk geval uitgesteld. Mantelzorgers zullen echter niet gemakkelijk voor zichzelf hulp vragen (vraagverlegenheid). Ze weten vaak ook niet waar ze hulp kunnen vragen. Bied deze ondersteuning (bv. ook respijtzorg) in uw gemeente daarom actief aan. Vraaggericht werken door wijkteams doet mantelzorgers vaak tekort. Zorg ervoor dat informatie goed te vinden is en dat deze eenduidig, actueel en bruikbaar is. Betrek mantelzorgers bij het ontwikkelen van beleid en ondersteuningsaanbod. Zorg voor minimale regelgeving, want mantelzorgers ervaren veel onnodige regeldruk. Ook erkenning en waardering zijn erg belangrijk. Zorg ervoor dat mantelzorgers gehoord worden en dat ze op de agenda blijven staan. Betrek ze bijvoorbeeld via klankbordgroepen of spiegelgesprekken.

Financiën

Mensen met een lager inkomen en opleidingsniveau leven gemiddeld zeven jaar korter en brengen vijftien jaar meer door in minder goede gezondheid. De oorzaken hiervan liggen onder andere in onzekerheid over het bestaan, leefomstandigheden, sociale netwerken, vaardigheden, toegang tot zorg en werkomstandigheden. Het verminderen van chronische stress door bestaansonzekerheid of het verbeteren van de leefomgeving blijkt vaak effectiever dan het inzetten op leefstijlveranderingen. Voor het verkleinen van sociaal-economische gezondheidsverschillen is Pharos een belangrijke samenwerkingspartner.

Rondkomen

Mensen die leven met geldzorgen, schulden of in armoede hebben vaker chronische stress, een ongezonde leefstijl of chronische ziekten zoals diabetes en hart- en vaatziekten. Ook hebben zij vaker psychosociale problemen of opvoedproblemen.

Laatste 12 maanden moeite met rondkomen van het huishoudensinkomen: trend 2016-2024

Gebied 2016 2020 2022 2024
Best 13% 5% 15% 8%
GGD Brabant-Zuidoost 16% 10% 17% 11%

In de gemeente Best had 1% grote moeite met rondkomen. Dit is gelijk gebleven sinds 2022.

Waarvoor niet genoeg geld?

De meest genoemde zaken waarvoor de inwoners van de gemeente Best te weinig geld hebben zijn:

  • Op vakantie gaan (13%)
  • Huisvesting of reparaties aan woning (7%)
  • Auto of vervoer (7%)

Ook kan een beperkte financiële ruimte maken dat mensen uit kostenoverwegingen afzien van een consult bij een tandarts, huisarts of specialist. Dit geldt voor 9% van de inwoners van de gemeente Best.

Sociale leefomgeving en veiligheid

Een veilige en sociale leefomgeving is van essentieel belang voor het welzijn van inwoners. Gemeenten kunnen hierin een verbindende rol hebben door het stimuleren van een samenleving waarin mensen zich gekend, veilig en betrokken voelen bij hun buurt. Bevorderen van sociale cohesie draagt bijvoorbeeld bij aan de leefbaarheid in een wijk of buurt. Daarentegen vragen problematische situaties zoals huiselijk geweld, ouderenmishandeling en buurtoverlast continu om aandacht of prioriteit.

Betrokkenheid bij buurt

Een sterke sociale basis begint in de wijk. De sociale basis is het geheel van informele sociale verbanden (buurten, groepen, verenigingen, netwerken, gezinnen) van mensen, aangevuld en ondersteund vanuit de lokale overheid, organisaties, diensten en voorzieningen. Als mensen elkaar kennen, helpen en aanspreken, neemt het veiligheidsgevoel toe en neemt overlast af. In de gemeente Best ervaart 41% onvoldoende sociale samenhang in de buurt.

Ervaart veel sociale samenhang in de buurt, gemeente: 15%, ggd-regio: 14%. 15% Gemeente 14% GGD-regio Ervaart veel sociale samenhang in de buurt
Heeft mensen in de buurt op wie men kan terugvallen als het nodig is, gemeente: 69%, ggd-regio: 70%. 69% Gemeente 70% GGD-regio Heeft mensen in de buurt op wie men kan terugvallen als het nodig is

Veiligheid

Het gevoel van veiligheid kan worden beïnvloed door fysieke veiligheid, zoals verkeersveiligheid en voldoende licht, maar ook door sociale veiligheid, door hoe mensen met elkaar omgaan en respect tonen naar elkaar.

In de gemeente Best voelt 21% zich wel eens onveilig (overdag en/of ’s avonds). Inwoners die zich onveilig voelen zijn vaker vrouwen dan mannen. Ook jongere inwoners en inwoners behorende tot de LHBTQ+ community voelen zich eerder onveilig, zowel overdag als ’s avonds/’s nachts.

Voelt zich wel eens onveilig (overdag/’s nachts)

Indicator Groep Percentage
Onveilig overdag Man 7%
Onveilig overdag Vrouw 13%
Onveilig overdag LHBTQ+ 12%
Onveilig 's nachts Man 14%
Onveilig 's nachts Vrouw 35%
Onveilig 's nachts LHBTQ+ 32%

 

Voelt zich wel eens onveilig in eigen buurt, gemeente: 14%, ggd-regio: 17%. 14% Gemeente 17% GGD-regio Voelt zich wel eens onveilig in eigen buurt

 

Huiselijk geweld

Is ooit slachtoffer geweest van huiselijk geweld (18 t/m 64 jaar), gemeente: 6%, ggd-regio: 8%. 6% Gemeente 8% GGD-regio Is ooit slachtoffer geweest van huiselijk geweld (18 t/m 64 jaar)
Is het afgelopen jaar niet goed behandeld in de thuissituatie (65+), gemeente: 4%, ggd-regio: 5%. 4% Gemeente 5% GGD-regio Is het afgelopen jaar niet goed behandeldin de thuissituatie (65+)

Huiselijk geweld en ouderenmishandeling zijn vaak verborgen problematieken, die zich achter de voordeur afspelen. Slachtoffers kampen met angst, schaamte en isolement. Het is een gezamenlijke verantwoordelijk om deze problematiek zichtbaar te maken en ondersteuning te bieden.

Om in te zetten op veiligheid kun je bijvoorbeeld denken aan:

  • Inzetten op het vergroten van de sociale cohesie
  • Laagdrempelige meldpunten en goede doorverwijzing naar hulpverlening (denk aan de sociale wijkteams)
  • Training van professionals in signaleren en bespreekbaar maken van niet-pluis-signalering met betrekking tot de sociale veiligheid
  • Publiekscampagnes om bewustwording en herkenning te vergroten
  • Samenwerking binnen de keten waaronder met Veilig Thuis, zorgaanbieders en wijkteams

Leefomgeving

De leefomgeving waarin mensen wonen, werken en recreëren heeft invloed op hun gezondheid. Een gezonde leefomgeving is een omgeving die als prettig wordt ervaren, die uitnodigt tot gezond gedrag en waar de risico’s op gezondheidsschade beperkt worden. Tevredenheid met de woning en de woonomgeving hangen positief samen met tevredenheid met het leven. De woonomgeving omvat o.a. groen in de buurt, sportvoorzieningen, kunnen bewegen in de natuur, kunnen vinden van verkoeling en contact met buren.

Woning en woonomgeving

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat (zeer) tevreden is met de woning is vergelijkbaar met dat in Nederland.

(Zeer) tevreden met woning , gemeente: 91%, regio: 90%, landelijk: 90%. 91% Gemeente 90% Regio 90% Landelijk (Zeer) tevreden met woning
(Zeer) tevreden met woonomgeving , gemeente: 91%, regio: 88%, landelijk: 88%. 91% Gemeente 88% Regio 88% Landelijk (Zeer) tevreden met woonomgeving

Het percentage inwoners in de gemeente Best dat (zeer) tevreden is met de woonomgeving is vergelijkbaar met dat in Nederland.

Voor meer gedetailleerde cijfers over de thema’s woning en woonomgeving, buurtbeleving, bewegen in de buurt, bezorgdheid over de leefomgeving en ervaren hinder, kun je vanaf 1 juli ook het gemeenteprofiel over de leefomgeving bekijken.

Levensloopbestendig wonen

Als de gezondheid het toelaat blijft 95% van de 65-plussers in de gemeente Best in de eigen woning wonen. 55% van de 65-plussers in de gemeente Best denkt ook dat de woning geschikt is om in oud te worden.

9% van de 65-plussers weet niet waar men terecht kan in de gemeente voor vragen en info over ondersteuning ten behoeve van de gezondheid (zoals hulp in huis, woningaanpassing of vervoersvoorziening), terwijl men wel aangeeft daar behoefte aan te hebben.

Colofon

Heb je vragen over het onderzoek of hulp nodig bij de duiding van de cijfers? Neem dan contact op met Team Onderzoek via onderzoek@ggdbzo.nl.

Uitgave: GGD Brabant-Zuidoost

Datum: juni 2025

Het overnemen van gegevens uit deze publicatie is toegestaan met bronvermelding: Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2024, GGD’en, CBS en RIVM

Meer cijfers en publicaties over de gezondheid van de inwoners zijn te vinden op de Brabantscan en op GGD Kompas.

Achtergrond

Werkwijze

Met de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2024 is de gezondheid, het welzijn, de leefstijl en de leefomgeving van inwoners van 18 jaar en ouder in Nederland in kaart gebracht. Alle GGD’en en gemeente Utrecht voeren dit onderzoek iedere vier jaar uit in opdracht van gemeenten, in samenwerking met het RIVM en het CBS. Dit is de vijfde keer dat de Gezondheidsmonitor gezamenlijk is uitgevoerd. Voorgaande metingen vonden plaats in 2012, 2016, 2020 en 2022. De meting in 2022 was een extra meting in verband met corona.

De gegevens zijn van september tot december 2024 verzameld door middel van digitale en papieren vragenlijsten.

De doelgroep van het onderzoek bestaat uit personen van 18 jaar en ouder die in Nederland wonen. Het CBS selecteert personen uit de Basisregistratie Personen (BRP) die zijn uitgenodigd voor deelname aan de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2024. Dit wordt een steekproef genoemd. Om de resultaten zo representatief mogelijk te laten zijn voor de inwoners van de gemeente Best, zijn de resultaten gewogen. Dit houdt in dat meer gewicht is gegeven aan de antwoorden van groepen inwoners die verhoudingsgewijs weinig meededen aan het onderzoek. Er is minder gewicht gegeven aan de antwoorden van groepen inwoners die verhoudingsgewijs vaker meededen aan het onderzoek.

Meer informatie over hoe het onderzoek is uitgevoerd, is te vinden op Monitor Gezondheid. Daar is ook een inkijkexemplaar van de vragenlijst te vinden.

Om betrouwbare uitspraken te kunnen doen en de privacy van respondenten te beschermen, is ieder resultaat gebaseerd op minimaal 50 respondenten. Alle resultaten in deze rapportage zijn afgerond op hele percentages. Daardoor kan het voorkomen dat percentages niet optellen tot het totaal.

Bronnen

113 zelfmoordpreventie

Een tegen eenzaamheid (Ministerie VWS)

Gezondheidsraad

Institute for Positive Health

Kenniscentrum Sport en Bewegen

Movisie

Nationaal Preventie Akkoord (Ministerie VWS)

NIX18

Rijksoverheid

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (o.a. VTV en loketgezondleven.nl)

SKIP

Stoptober

Trimbos instituut

VZinfo